direct naar inhoud van 3.3 Gemeentelijk beleid
Plan: Streek & servicecentrum 't Tappunt, Misterweg 207-209 te Miste
Status: ontwerp
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0294.BP0811BGMISTERW207-OW01

3.3 Gemeentelijk beleid

3.3.1 Bestemmingsplan

In het geldende bestemmingsplan Integrale herziening buitengebied Winterswijk van 27 januari 2011 hebben de gronden van het plangebied de bestemming Wonen - Buurtschapskern. De gewenste ontwikkeling is niet mogelijk binnen deze bestemming. In het bestemmingsplan is beleid opgenomen dat anticipeert op de actuele ontwikkelingen zoals de opkomst van het plattelandstoerisme, de doorgaande herstructurering van de landbouw, de doorgaande schaalvergroting en verschraling van voorzieningen op het platteland en de leefbaarheid die onder druk staat. Bij het opstellen van dit beleid zijn de volgende uitgangspunten gehanteerd:

  • het buitengebied vormt een waardevol cultuurlandschap, bestaande uit een ensemble van houtwallen, open escomplexen, weidegronden, akkers, bosgebieden, beekdalen en karakteristieke bebouwing, dat behouden en versterkt dient te worden;
  • de grote natuurgebieden vormen waardevolle ecologische reservoirs en tevens mogelijkheden voor ontspanning en bezinning die beschermd dienen te worden;
  • fulltime dan wel parttime agrarische bedrijvigheid dient, met behoud van de landschappelijke waarden, ruimte voor continuering en ontwikkeling te krijgen, mede omdat het agrarische gebruik van gronden een belangrijke bijdrage levert aan de landschappelijke kwaliteit;
  • hergebruik van vrijkomende (agrarische) gebouwen wordt aangegrepen om de leefbaarheid te bevorderen en de leegloop van het platteland tegen te gaan door de verbouwing tot nieuwe woningen of tot vestigingsplaatsen van kleinschalige innoverende bedrijvigheid;
  • plattelandstoerisme vormt een nieuwe economische drager waarvoor ruimte wordt geboden op een dusdanige wijze dat de voorzieningen nauw verbonden zijn aan de rust, de kleinschaligheid en het agrarische gebruik die het gebied kenmerkt.

afbeelding "i_NL.IMRO.0294.BP0811BGMISTERW207-OW01_0013.png"

uitsnede kaart 15 "Kernen van Miste en Ratum"

Het bestemmingsplan voorziet met een wijzigingsbevoegdheid in een regeling voor functiewijziging. Bij een reguliere functiewisseling geldt dat hergebruik (of vervangende nieuwbouw, wanneer hergebruik niet rendabel is) mogelijk is zowel op het moment dat een agrarisch bedrijf stopt en dus overgaat naar een andere bestemming, maar ook als de locatie inmiddels een woonbestemming heeft gekregen. De nieuwe hoofdactiviteiten zijn uitsluitend toegestaan in de plaats van de huidige agrarische functie of aanvullend op de bestaande woonfunctie waarbij het geheel een bedrijfsbestemming krijgt. De voorgestane ontwikkeling kan niet worden gerealiseerd met toepassing van de wijzigingsbevoegdheid, omdat met de nieuwbouw het bebouwd oppervlak gelijk blijft.

Voor de versterking van de ruimtelijke kwaliteit vindt dit plan aansluiting op het kader van de wijzigingsbevoegdheid. Ongeacht de omvang geldt voor een nieuwe functie ten allen tijde dat een goede landschappelijke inpassing van de gehele locatie door de aanwezigheid van erfbeplanting gegarandeerd moet zijn. Aanvullend op de goede landschappelijke inpassing is een versterking van de ruimtelijke kwaliteit wenselijk. De voorgestane ontwikkeling draagt bij aan een versterking van de ruimtelijke kwaliteit op lokaal en regionaal niveau. Lokaal met name een sociaal-economische versterking van het buurtschap en regionaal door de spin-off van het concept: De agrarische bedrijvigheid en daaraan gelieerde activiteiten bij deelnemende producenten en het plattelandstoerisme worden gestimuleerd en versterkt.

3.3.2 Landschapsontwikkelingsplan

De ontwikkelingen die zich in het buitengebied voordoen (teruggang van de landbouw, behoefte aan nieuwe economische dragers, toename van recreatie en toerisme, bescherming van de natuur, landschap en cultuurhistorie en toenemende woonfunctie) zullen op een juiste manier in het landschap ingepast moeten worden. Er wordt gekozen voor behoud in combinatie met het onder voorwaarden mogelijk maken van nieuwe ontwikkelingen. Het Landschapsontwikkelingsplan bevat het kader voor de invulling van het 'ja mits' beleid voor de provinciale categorie Waardevol landschap.

De 'ja mits' benadering houdt in dat nieuwe ruimtelijke ontwikkelingen in principe mogelijk zijn, indien de kernkwaliteiten van het landschap behouden blijven of versterkt worden. Ambachtelijke en dienstverlenende bedrijvigheid en bedrijven die een relatie met de landbouw hebben, worden gekenmerkt als niet-landschapsgebonden bedrijven. Het Landschapsontwikkelingsplan bevat voor deze bedrijven geen belemmeringen.

3.3.3 Kadernota Achterhoekse erven veranderen

De raad van de gemeente Winterswijk heeft in zijn vergadering van 4 november 2009 met nummer Xla-1 als onderdeel van de Welstandsnota, de kadernota "Achterhoekse erven veranderen" vastgesteld. In deze kadernota stelt de gemeente richtlijnen vast om de beeldkwaliteit bij functieveranderingsprojecten te waarborgen. Het kader is ook van toepassing bij de aanleg van nieuwe erven en uitbreiding van een bestaand erf.