direct naar inhoud van Artikel 14 Overgangsrecht
Plan: Beerninkweg 22 - Winterswijk Meddo
Status: ontwerp
Plantype: wijzigingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0294.WP1201BGBEERNINK22-OW01

Artikel 14 Overgangsrecht

14.1 overgangsrecht bouwwerken
14.1.1

Een bouwwerk dat op het tijdstip van inwerkingtreding van het bestemmingsplan aanwezig of in uitvoering is, dan wel gebouwd kan worden krachtens een omgevingsvergunning voor het bouwen, en afwijkt van het plan, mag, mits deze afwijking naar aard en omvang niet wordt vergroot ,

  • a. gedeeltelijk worden vernieuwd of veranderd;
  • b. na het teniet gaan ten gevolge van een calamiteit geheel worden vernieuwd of veranderd, mits de aanvraag van de omgevingsvergunning voor het bouwen wordt gedaan binnen twee jaar na de dag waarop het bouwwerk is teniet gegaan.
14.1.2

Bij omgevingsvergunning kan eenmalig worden afgeweken van het bepaalde in artikel 38.1.1 voor het vergroten van de inhoud van een bouwwerk als bedoeld in artikel 38.1.1 met maximaal 10%.

14.1.3

Artikel 38.1.1 is niet van toepassing op bouwwerken die weliswaar bestaan op het tijdstip van inwerkingtreding van het plan, maar zijn gebouwd zonder vergunning en in strijd met het daarvoor geldende plan, daaronder begrepen de overgangsbepalingen van dat plan.

14.2 overgangsrecht gebruik
14.2.1

Het gebruik van grond en bouwwerken dat bestond op het tijdstip van inwerkingtreding van het bestemmingsplan en hiermee in strijd is, mag worden voortgezet.

14.2.2

Het is verboden het met het bestemmingsplan strijdige gebruik, bedoeld in artikel 38.2.1, te veranderen of te laten veranderen in een ander met dat plan strijdig gebruik, tenzij door deze verandering de afwijking naar aard en omvang wordt verkleind.

14.2.3

Indien het gebruik, bedoeld in artikel 38.2.1, na het tijdstip van inwerkingtreding van het plan voor een periode langer dan een jaar wordt onderbroken, is het verboden dit gebruik daarna te hervatten of te laten hervatten.

14.2.4

Artikel 38.2.1 is niet van toepassing op het gebruik dat reeds in strijd was met het voorheen geldende bestemmingsplan, daaronder begrepen de overgangsbepalingen van dat plan.

14.3 persoonsgebonden overgangsrecht
14.3.1

De natuurlijke personen die op het tijdstip van inwerkingtreding van het bestemmingsplan de recreatiewoningen zoals opgenomen in de in artikel 38.3.4 opgenomen tabel, permanent bewonen mogen de permanente bewoning van deze recreatiewoningen voortzetten. Artikel 38.2.1 is op dit gebruik niet van toepassing.

14.3.2

Het gebruik van recreatiewoningen ten behoeve van permanente bewoning zoals bedoeld in artikel 38.3.1 mag niet mag worden vergroot.

14.3.3

Op het moment dat de permanente bewoning van de desbetreffende recreatiewoningen zoals bedoeld in artikel 38.3.1 eindigt, is hierna permanente bewoning niet langer toegestaan.

14.3.4

Tabel objecten persoonsgebonden overgangsrecht.

Objecten persoonsgebonden overgangsrecht  
Haartweg 3-4  
Haartweg 3-7  
Haartweg 3-8  
Haartweg 3-9