direct naar inhoud van Hoofdstuk 5 Waterparagraaf
Plan: Wijzigingsplan bouwvlak Ratumseweg 5
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0294.WP1112BGRATUMSEW5-VA01

Hoofdstuk 5 Waterparagraaf

Op grond van het Bro (Besluit ruimtelijke ordening) dient in de toelichting afzonderlijk te worden aangegeven welke de gevolgen voor het plan zijn voor de waterhuishouding.

Ratumseweg 5 is aangesloten op de riolering. Het plan betreft een vormwijziging. Het mogelijk toegestane verhard oppervlak wijzigt daarmee ook niet. Voor de waterhuishouding heeft het plan geen negatieve effecten. Hieronder vindt u een tabel met de verschillende waterthema's.

Thema   Toetsvraag   Relevant a  
HOOFDTHEMA'S  
Veiligheid
 
1. Ligt in of nabij het plangebied een primaire of regionale waterkering?
2. Ligt in of nabij het plangebied een kade?  
Nee
Nee  
Riolering en Afvalwaterketen   1. Is er toename van het afvalwater (DWA)?
2. Ligt in het plangebied een persleiding van WRIJ?
3. Ligt in of nabij het plangebied een RWZI van het waterschap?  
Nee
Nee
Nee  
Wateroverlast (oppervlaktewater)
 
1. Is er sprake van toename van het verhard oppervlak?
2. Zijn er kansen voor het afkoppelen van bestaand verhard oppervlak?


3. In of nabij het plangebied bevinden zich natte en laag gelegen gebieden, beekdalen, overstromingsvlaktes?  
Nee
Ja, zie * onder tabel

Nee  
Grondwater-
overlast  
1. Is in het plangebied sprake van slecht doorlatende lagen in de ondergrond?
2. Bevindt het plangebied zich in de invloedzone van de Rijn of IJssel?
3. Is in het plangebied sprake van kwel?
4. Beoogt het plan dempen van slootjes of andere wateren?  
Nee
Nee
Nee
Nee  
Oppervlakte-
waterkwaliteit
 
1. Wordt vanuit het plangebied water op oppervlaktewater geloosd?


2. Ligt in of nabij het plangebied een HEN of SED water?
3. Ligt het plangebied geheel of gedeeltelijk in een Strategisch actiegebied?  
Ja, zie * onder tabel
Nee
Nee  
Grondwater-kwaliteit   1. Ligt het plangebied in de beschermingszone van een drinkwateronttrekking?   Nee  
Volksgezondheid
 
1. In of nabij het plangebied bevinden zich overstorten uit het gemengde of verbeterde gescheiden stelsel?
2. Bevinden zich, of komen er functies, in of nabij het plangebied die milieuhygiënische of verdrinkingsrisico's met zich meebrengen (zwemmen, spelen, tuinen aan water)?  
Nee



Nee  
Verdroging   1. Bevindt het plangebied zich in of nabij beschermingszones voor natte natuur?   Nee  
Natte natuur   1. Bevindt het plangebied zich in of nabij een natte EVZ?
2. Bevindt het plangebied zich in of nabij beschermingszones voor natte natuur?  
Nee
Nee  
Inrichting en beheer   1. Bevinden zich in of nabij het plangebied wateren die in eigendom of beheer zijn bij het waterschap?
2. Heeft het plan herinrichting van watergangen tot doel?  
Nee

Nee  
AANDACHTSTHEMA'S  
Recreatie   1. Bevinden zich in het plangebied watergangen en/of gronden in beheer van het waterschap waar actief recreatief medegebruik mogelijk wordt?  
Nee  
Cultuurhistorie   1. Zijn er cultuurhistorische waterobjecten in het plangebied aanwezig?   Nee  

* In overleg met het Waterschap Rijn & IJssel is in 2009 het volgende afgesproken over hemelwaterbehandeling in het buitengebied. De uitgangspunten genoemd op pagina 4 van de notitie "2009-09 Duurzaam en veilig water in de stad (afkoppelbeslisboom)" van het Waterschap Rijn & IJssel wordt aangehouden. Dit betekent:

- Bij plannen met een verhard oppervlak kleiner dan 500 m2 in de nieuwe situatie hoeft in principe geen infiltratie/berging gerealiseerd te worden. Het hemelwater kan rechtstreeks op sloot worden aangesloten.

- Bij plannen tot 2500 m2 verhard oppervlak kan in overleg 20 mm statische berging als uitgangspunt genomen worden. Deze berging moet worden gerealiseerd op of nabij het betreffende perceel. De berging kan in de vorm van een greppel of poel worden aangelegd.

- Bij plannen groter dan 2500 m2 moeten buien tot 40 mm (T=10+10%) vertraagd worden afgevoerd richting het watersysteem. De afvoer uit de retentievoorziening is maximaal de landelijke afvoer, deze wordt door middel van een knijpconstructie bereikt. (Gedurende bui T=10+10% is dit gemiddeld 1,5 maal de maatgevende afvoer van het bruto oppervlak van het plangebied.) De knijpconstructie wordt zo ontworpen dat buien tot 40 mm (T=10+10%) vertraagd worden afgevoerd richting het watersysteem.