Artikel 11 Algemene wijzigingsregels
11.1 geringe veranderingen in de plaats, ligging en/of afmetingen van bestemmingsgrenzen
Burgemeester en wethouders hebben de bevoegdheid het plan te wijzigen in de vorm van het aanbrengen van geringe veranderingen in de plaats, ligging en/of afmetingen van bestemmingsgrenzen, met inachtneming van tenminste de volgende voorwaarden:
-
a. het straat- en bebouwingsbeeld en de verkeersveiligheidsbelangen mogen niet onevenredig worden geschaad;
-
b. geen onevenredige aantasting mag plaatsvinden van in de omgeving aanwezige functies en waarden;
-
c. geen onevenredige aantasting mag plaatsvinden van de belangen van eigenaren en gebruikers van omliggende gronden.
11.2 wijziging van een bestemming in de bestemming Bos of Natuur
Burgemeester en wethouders hebben de bevoegdheid het plan te wijzigen in de vorm van het wijzigen van de ter plaatse geldende bestemming in de bestemming Bos of Natuur, met inachtneming van tenminste de volgende voorwaarden:
-
a. er dient een inrichtings- en beheersvisie te worden opgesteld waarin de natuurontwikkeling dan wel de bosaanleg is uitgewerkt;
-
b. geen onevenredige aantasting mag plaatsvinden van in de omgeving aanwezige functies en waarden;
-
c. geen onevenredige aantasting mag plaatsvinden van de belangen van eigenaren en gebruikers van omliggende gronden.
11.3 wijziging van een bestemming in de bestemming Groen
Burgemeester en wethouders hebben de bevoegdheid het plan te wijzigen in de vorm van het wijzigen van de ter plaatse geldende bestemming in de bestemming Groen, met inachtneming van tenminste de volgende voorwaarden:
-
a. zorggedragen dient te worden voor een streekeigen landschappelijke inpassing;
-
b. geen onevenredige aantasting mag plaatsvinden van in de omgeving aanwezige functies en waarden;
-
c. geen onevenredige aantasting mag plaatsvinden van de belangen van eigenaren en gebruikers van omliggende gronden.
11.4 wijziging van een bestemming in de bestemming Water
Burgemeester en wethouders hebben de bevoegdheid het plan te wijzigen in de vorm van het wijzigen van de ter plaatse geldende bestemming in de bestemming Water ten behoeve van waterretentie, met inachtneming van tenminste de volgende voorwaarden:
-
a. uit onderzoek blijkt dat waterretentie binnen het gebied noodzakelijk is;
-
b. geen onevenredige aantasting mag plaatsvinden van in de omgeving aanwezige functies en waarden;
-
c. geen onevenredige aantasting mag plaatsvinden van de belangen van eigenaren en gebruikers van omliggende gronden.