Burgemeester en wethouders kunnen het plan wijzigen in de vorm van het aanbrengen van geringe veranderingen in de plaats, ligging en/of afmetingen van bestemmingsgrenzen.
De uitvoerbaarheid van het wijzigingsplan moet zijn gewaarborgd, in verband waarmee in elk geval aangetoond moet worden:
de belangen van de eigenaren en/of gebruikers van betrokken en nabijgelegen gronden mogen niet onevenredig worden geschaad;
dat het wijzigingsplan milieutechnisch aanvaardbaar is;
dat het wijzigingsplan economisch uitvoerbaar is;
verhaal van gemeentelijke (plan-)kosten is zekergesteld.