direct naar inhoud van Artikel 3 Wonen
Plan: Meekertweg 2a
Status: vastgesteld
Plantype: wijzigingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0294.WP1203BGMEEKERTW2A-VA01

Artikel 3 Wonen

3.1 bestemmingsomschrijving

De voor Wonen aangewezen gronden zijn bestemd voor:

  • a. het bestaande aantal woningen dan wel het aangegeven aantal woningen ter plaatse van de aanduiding 'maximum aantal wooneenheden', waarbij inwoning is toegestaan;
  • b. praktijk- en kantoorruimten voor de uitoefening van een aan huis verbonden beroep, met dien verstande, dat maximaal 50 m2 van de vloeroppervlakte van de woning en de bijgebouwen ten behoeve van deze activiteiten in gebruik mag zijn en dat de woonfunctie in overwegende mate behouden blijft;
  • c. een dierenpension met een maximale vloeroppervlakte van 55 m2 ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van maatschappelijk - dierenpension';
  • d. een bouwbedrijf ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van bedrijf - bouwbedrijf' met dien verstande dat maximaal 610 m2 van de bebouwing mag worden gebruikt ten behoeve van het bouwbedrijf;
  • e. verblijfsrecreatie in de vorm van één groepsaccommodatie ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van recreatie - groepsaccommodatie' met dien verstande dat het aantal bezoekers maximaal de ter plaatse van de aanduiding 'maximum aantal bezoekers' aangegeven aantal bezoekers bedraagt;
  • f. een imkerij alsmede verblijfsrecreatie in een bestaand bijgebouw ter plaatse van de aanduiding 'recreatiewoning' met dien verstande dat het vloeroppervlak ten behoeve van verblijfsrecreatie maximaal 115 m2mag bedragen;
  • g. kleinschalig kamperen ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van recreatie - kleinschalig kamperen 1', waarbij maximaal 15 kampeermiddelen zijn toegestaan, met dien verstande dat buiten de periode van 1 maart tot en met 31 oktober geen kampeermiddelen aanwezig mogen zijn;
  • h. kleinschalig kamperen ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van recreatie - kleinschalig kamperen 2', waarbij maximaal 25 kampeermiddelen zijn toegestaan, met dien verstande dat buiten de periode van 1 maart tot en met 31 oktober geen kampeermiddelen aanwezig mogen zijn;
  • i. bed & breakfastvoorzieningen, met dien verstande dat maximaal 60 m2 van de oppervlakte van de woning hiervoor mag worden gebruikt met inbegrip van maximaal 2 slaapverblijven van elk maximaal 30 m2 voor in totaal maximaal 4 personen;

met bijbehorende gebouwen, bouwwerken, geen gebouwen zijnde, tuinen en erven.

3.2 bouwregels
3.2.1

De inhoud van de woning bedraagt maximaal de bestaande inhoud met dien verstande dat:

  • a. de inhoud van woningen in voormalige boerderijen maximaal de bestaande inhoud van het totale gebouw bedraagt;
  • b. voor zover er geen sprake is van een bestaande inhoud, bedraagt de inhoud maximaal 750 m3.
3.2.2

De oppervlakte van de woning bedraagt maximaal de bestaande oppervlakte met dien verstande dat voor zover er geen sprake is van een bestaande oppervlakte, bedraagt de oppervlakte maximaal 150 m2.

3.2.3

Woningen, alsmede gebouwen ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van recreatie - groepsaccommodatie' voldoen aan de volgende kenmerken:

  • a. goothoogte maximaal 6 m;
  • b. bouwhoogte maximaal 10 m.
3.2.4

Bijgebouwen en overkappingen voldoen aan de volgende kenmerken:

  • a. gezamenlijke oppervlakte maximaal 150 m2 per woning, met dien verstande dat de gezamenlijke oppervlakte van bijgebouwen en overkappingen ter plaatse van de aanduiding 'specifieke bouwaanduiding - gesplitst' ten behoeve van de gesplitste woningen maximaal 300 m2 bedraagt;
  • b. goothoogte maximaal 3 m dan wel de hoogte van de eerste bouwlaag van het hoofdgebouw + 0,25 m;
  • c. bouwhoogte maximaal de bouwhoogte van het hoofdgebouw - 2 m, waarbij geldt dat de bouwhoogte in ieder geval 3 m mag bedragen en maximaal 6 m.
3.2.5

Gebouwen ten behoeve van sanitaire voorzieningen mogen worden gebouwd ten behoeve van kleinschalig kamperen als bedoeld in artikel 3.1 onder f en g met dien verstande dat:

  • a. de gezamenlijke oppervlakte per kampeerterrein maximaal 75 m2 bedraagt;
  • b. de bouwhoogte maximaal 4 m bedraagt.
3.2.6

Bouwhoogte van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, maximaal 2 m, met dien verstande dat lichtmasten ten behoeve van paardenbakken niet zijn toegestaan.

3.2.7

Onverminderd het bepaalde in artikel 3.2.1 en 3.2.3 is herbouw van een woning uitsluitend toegestaan op de bestaande locatie binnen het bestemmingsvlak.

3.2.8

In afwijking van het bepaalde in artikel 3.2.1 bedraagt de inhoud van de woning ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van wonen - landhuis' maximaal 1.000 m3.