Plan: | Badweg 1 |
---|---|
Status: | ontwerp |
Plantype: | bestemmingsplan |
IMRO-idn: | NL.IMRO.0294.BP1109BGBADWEG1-VA01 |
In de planopzet is aansluiting gezocht bij de recente uitgave "Standaard Vergelijkbare BestemmingsPlannen", kortweg SVBP en het vigerende bestemmingsplan. De planregels geven inhoud aan de op de verbeelding gegeven bestemmingen. De regels geven aan waarvoor de gronden en opstallen al dan niet mogen worden gebruikt en wat en hoe er mag worden gebouwd.
Bestemming "Agrarisch - Cultuurlandschap"
In het plangebied is voor de agrarische gronden de bestemming "Agrarisch - Cultuurlandschap" opgenomen. Deze gronden zijn bestemd voor de uitoefening van het agrarisch bedrijf en voor het behoud, herstel en de ontwikkeling van nader omschreven landschappelijke en natuurwetenschappelijke waarden.
Het plan kent een functionele omschrijving van een agrarisch bedrijf, namelijk een bedrijf dat is gericht op het voortbrengen van producten door middel van het telen van gewassen waaronder boomteelt en/of het houden van dieren. Niet-grondgebonden bedrijfsvoering is slechts tot een beperkte oppervlakte mogelijk.
Voor het agrarisch bedrijf is een bouwvlak opgenomen. Alle gebouwen van het agrarisch bedrijf - dus de bedrijfsgebouwen, maar ook de bedrijfswoning - dienen binnen het bouwvlak te worden gerealiseerd. Ten opzichte van het vigerende bestemmingsplan is het bouwvlak aangepast in verband met de voorgenomen ontwikkeling. Hierdoor kan de bedrijfsuitbreiding worden gerealiseerd binnen het bouwvlak
Bij het agrarisch bedrijf zijn het aantal bestaande bedrijfswoningen toegestaan. In dit geval is sprake van twee bedrijfswoningen. De inhoud van een bedrijfswoning mag maximaal de bestaande inhoud bedragen.
In de regels zijn een aantal afwijkingsmogelijkheden opgenomen, bijvoorbeeld voor niet-agrarische en recreatieve nevenactiviteiten, detailhandel in ter plaatse geproduceerde producten of streekproducten en sleufsilo's en kuilvoerplaten buiten het bouwvlak. Daarnaast zijn wijzigingsbevoegdheden opgenomen ten behoeve van de verandering van de vorm en de vergroting van het bouwvlak.
Dubbelbestemming "Waarde - Archeologische verwachting 3"
Het plangebied heeft een middelmatige archeologische verwachtingswaarde. Daarom is de dubbelbestemming "Waarde - Archeologische verwachting 3" opgenomen. Het gebied is eveneens beschermd door middel van een verplichting tot het overleggen van een archeologisch onderzoek bij de aanvraag van omgevingsvergunningen voor het bouwen en andere omgevingsvergunningen waarbij sprake is van bodemverstoringen.
Voor de dubbelbestemming "Waarde - Archeologische verwachting 3" geldt een onderzoeksplicht vanaf 100 m2 bij omgevingsvergunning voor het bouwen en bij een aanlegactiviteit waarvoor een omgevingsvergunning noodzakelijk is als de bodemverstoring groter is dan 100 m2 en dieper reikt dan 0,30 m minus het bestaande maaiveld.
In het kader van de voorgenomen ontwikkeling is reeds een archeologische quickscan uitgevoerd, zie Bijlage 1. Uit het onderzoek blijkt dat er geen archeologische waarden te verwachten zijn.
Aanduiding "milieuzone"
In verband met de aanwezigheid van een nabijgelegen en geurgevoelige woning is de aanduiding "milieuzone" opgenomen. In de daarbij behorende regels is bepaald dat - gelet op de bescherming van het woonklimaat en de Wet geurhinder veehouderij - geen geurveroorzakende objecten in de vorm van dierenverblijven mogen worden gerealiseerd.
Aanduiding "geluidzone - spoor"
In verband met de nabijgelegen spoorlijn is de aanduiding "geluidzone - spoor" opgenomen voor het westelijke deel van het plangebied. De gronden ter plaatse van deze aanduiding zijn mede bestemd voor de bescherming van het woon- en leefklimaat in verband met de geluidbelasting van de spoorweg. Nieuwe geluidgevoelige bebouwing mag in principe niet binnen deze aanduiding worden opgericht. Er kan een omgevingsvergunning ten behoeve van het afwijken van de bouwregels verleend worden voor het bouwen van nieuwe geluidgevoelige gebouwen indien de geluidbelasting vanwege de spoorweg van de gevels van deze geluidgevoelige gebouwen niet hoger zal zijn dan de daarvoor geldende voorkeursgrenswaarde of een verkregen hogere grenswaarde.
Aanduiding "waardevol landschap"
Het buitengebied van Winterswijk heeft op basis van het provinciaal beleid de status "Waardevol landschap". In de regels is daarom opgenomen dat bij het verlenen van een omgevingsvergunning voor een aanlegactiviteit of het toepassen van wijzigingsbevoegdheden er geen sprake mag zijn van aantasting van de bijzondere kwaliteiten van het waardevol landschap, of dat met de afwijking of wijziging van het plan een ontwikkeling leidt tot behoud of versterking van die bijzondere kwaliteiten. Op deze manier worden de landschapswaarden optimaal in de besluitvorming betrokken en afgewogen.
Aanduiding "reconstructiewetzone - verwevingsgebied"
Het plangebied ligt voor een deel in de reconstructiewetzone "verwevingsgebied". Daarom is voor het gehele bouwvlak de aanduiding "reconstructiewetzone - verwevingsgebied" opgenomen.